CoM`pu-tErWart@al

Je probeert je magnetron op te starten met een password.
Je speelt al jaren geen patience meer met echte kaarten.
Je vraagt via e-mail aan je collega's naast je of ze meegaan wat drinkenen ze antwoorden: "Oké, maar geef me vijf minuten."
Je hebt een lijst met vijftien verschillende telefoonnummers om je familie te bellen die uit drie personen bestaat.
Je chat verschillende malen per dag met iemand uit Zuid-Amerika,maar dit jaar heb je je buurman nog niet gesproken.
Je koopt een computer die een week later al niet meer up-to-date is.
De reden waarom je sommige vrienden niet meer spreekt is omdat ze geen e-mail hebben.
Voor jou betekent georganiseerd zijn dat je verschillende kleuren post-its hebt.
De meeste moppen die je kent heb je via e-mail gelezen.
Als je na een lange dag werk naar huis gaat neem je de telefoon op met de naam van het bedrijf.
Als je van huis uit belt, druk je eerst een 0.
Je zit al vier jaar aan hetzelfde bureau maar je hebt voor drie verschillende bedrijven gewerkt.
Het ergste van een computercrash is dat je al je goede moppen kwijt bent.
Het is donker als je naar je werk gaat én als je naar huis gaat (ook zomers).
Je weet precies hoeveel dagen je nog moet werken tot aan je pensioen.
Vakantiedagen schuif je door naar volgend jaar of staan op een cheque die je in januari krijgt.
Je ouders omschrijven jou als: "Iemand die met computers werkt."
Je herkent je kinderen aan de foto op je bureau.

..en...

Je zit nu al te denken aan wie je deze lijst kan forwarden.